De politie krijgt, als het aan minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) ligt, veel meer bevoegdheden om hackers en cybercriminelen aan te pakken. Hij vindt dat agenten mogen gaan inbreken op servers die worden gebruikt voor cyberaanvallen, ook als die in het buitenland staan.

Dat staat in een wetsvoorstel van Opstelten. De agenten mogen inbreken als ze niet zeker weten waar de server staat. Is die locatie wel bekend, dan moet er worden samengewerkt met de betrokken autoriteiten.

De minister hoopt met de wet sneller een einde te kunnen maken aan aanvallen via internet. De afgelopen tijd werden veel grote instellingen - zoals banken - geplaagd door DDoS-aanvallen.

Politie en justitie mogen daarnaast op afstand onderzoek gaan doen in computers van criminelen. Daarbij mogen ze gegevens overnemen of ontoegankelijk maken. Tevens mag de politie communicatie via de computer aftappen of observeren. De rechter moet deze acties wel vooraf toetsen, schrijft Opstelten.

Dat zorgt er eveneens voor dat de politie gesprekken via Skype mag gaan afluisteren. Dat is voor agenten nu lastig, omdat de gegevens zijn versleuteld. Voortaan mag de politie stiekem software op een computer zetten, die ervoor zorgt dat de agenten geen last hebben van de zogeheten decryptie.

Ook wordt het strafbaar om gegevens die via een computerkraak zijn gestolen, online te zetten. Daar moet volgens Opstelten een celstraf van een jaar op komen te staan.

Eerder werd al bekend dat justitie gebruik mag gaan maken van een zogeheten decryptiebevel om verdachten te dwingen hun computergegevens toegankelijk te maken. Wie dat weigert, kan drie jaar celstraf krijgen. Dat had bijvoorbeeld behulpzaam kunnen zijn in de kinderpornozaak tegen Robert M.. Hij had zijn bestanden versleuteld.

Opstelten wil de regels aanscherpen, omdat de huidige wetgeving achterloopt op de digitale werkelijkheid. Het wetsvoorstel zal later dit jaar naar de Tweede Kamer gaan.

ANP

Gerelateerd