Fraude met internetbankieren is in de tweede helft van vorig jaar scherp gedaald met 60 procent ten opzichte van het eerste halfjaar. Dat blijkt uit dinsdag gepubliceerde cijfers van de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB).

Het totale schadebedrag daalde van 24,8 miljoen euro naar 10 euro miljoen euro. Het is voor het eerst in 5 jaar dat er sprake is van een dergelijke scherpe daling. In de eerste helft van vorig jaar steeg deze fraudevorm nog met 14 procent. In heel 2010 verviervoudigde de zwendel met het internetbankieren en in 2011 was er sprake van een verdubbeling.

In heel 2012 bedroeg de fraude met internetbankieren 34,8 miljoen euro, iets minder dan in 2011. De schade door 'skimming', het kopiëren van betaalpassen, daalde vorig jaar met meer dan een kwart tot 29 miljoen euro. Dat schrijft de NVB vooral toe aan de invoering van de chip op de pinpassen.

Cybercriminelen slagen er ook steeds minder in om bankgegevens te stelen met schadelijke software, zogeheten malware. Dat is software die onopgemerkt op iemands computer wordt geïnstalleerd om bijvoorbeeld inloggegevens te onderscheppen. Deze vorm van fraude nam in 2012 licht af tot 22,1 miljoen euro. Volgens de NVB weten banken deze schade steeds meer te beperken door beter te monitoren, waardoor eerder kan worden ingegrepen.

In totaal daalde de schade als gevolg van fraude in het betalingsverkeer, waaronder overboekingsfraude en zwendel met gestolen bankpassen en creditcards, in 2012 met 11 procent tot 82 miljoen euro.

Volgens de NVB worden slachtoffers van internetfraude in de regel schadeloos gesteld, tenzij ze naar het oordeel van de bank onvoorzichtig of nalatig zijn geweest. De NVB wijst erop dat fraude door internetbankieren relatief gezien beperkt is. Het fraudebedrag van nog geen 35 miljoen euro vorig jaar is een schijntje, afgezet tegen de totale omzet van internetbankieren van 3,2 biljoen euro (3200 miljard).

ANP